Kenia Theo Voorn

 

Vrijdag 13 juli 2012 is pater Theo weer vertrokken naar zijn standplaats in Kenia om zijn werkzaamheden te hervatten.

Pater Theo heeft genoten van zijn verlof in Nederland met familie, vrienden en bekenden, alsmede collega’s op Missiehuis St. Paul in Arcen en collega’s uit andere continenten welke hier op verlof waren.
Hij genoot van de eeuwviering St. Paul op 4 september 2011, de tentoonstelling ‘100 jaar Mariannhill in Nederland’ in het ‘Franz Pfanner Huis’ en op 23 september 2011 van de ‘Reünie’, oud leerlingen van St. Paul, Mook, Eijsden en Venray. Bijzonder verrast was Theo met de grote opkomst en weerzien van vele oud bekenden en oud klasgenoten bij de reünie ‘100 jaar St. Paul’.

Als geschiedschrijver zijn we Pater Theo zeer dankbaar voor zijn bijdrage op deze website en over zijn Missie in Kenya. Wij wensen Pater Theo een goede gezondheid en een vruchtbare voortzetting bij zijn ‘thuiskomst’ in Kenia.


Kenia


Kenia ligt in oost Afrika op de evenaar met als hoofdstad Naïrobi. Het land grenst ten noorden aan Ethiopië en Somalië , ten westen Sudan en Uganda, ten zuiden aan Tanzania en ten oosten aan de Indische Ocean, met de belangrijke havenstad Mombasa. Voorheen tot 1963 was het een kolonie van Engeland. Kenia heeft ca. 40 miljoen inwoners met een oppervlakte van ruim 14 x Nederland. Het volk telt ongeveer 70 stammen. De bekendste zijn: Kikuyu, de Luyha, de Luo en de Masai.

Na de onafhankelijkheid in 1963 bleef een partij aan de macht tot 1997. Daarna kwamen er meerdere partijen en in 1997 kwam de oppositie aan de macht.
Het basis onderwijs is gratis. In de praktijk gaan er velen niet naar school omdat ze geen uniform en schoolbenodigdheden kunnen betalen. De kwaliteit van het onderwijs is laag mede door overbevolkte klassen. Beloofd is dat ook het voortgezet onderwijs gratis wordt. Ook zijn er prima private scholen, maar een gering aantal Kenianen kan deze kosten betalen.

- Kenia kan zichzelf ongeveer voeden.
- 30% leeft in de steden met veel sloppenwijken.
- 40% heeft toegang tot schoon drinkwater.
- de rest dus zeer gering alsmede navenant medische zorg.
- 40% is jonger dan 15 jaar.
- 4% is maar ouder dan 60 jaar.

De belangrijkste etnische groepen zijn Afrikaners en Aziaten. De belangrijkste religies zijn het Christendom en de Islam. De inwoners leven hoofdzakelijk van land-tuinbouw en industrie. De export producten zijn vnl. koffie, thee, suiker, ananas en katoen. Nederlanders kweken miljoenen rozen voor de wereldexport welke online verhandeld worden op de veiling in Naaldwijk, zodat ze van daaruit wereldwijd worden geëxporteerd.

Het toerisme bloeit mede daar de prachtige natuur zoals; de Masai Mara, Amboseli, Tsavo en Mount Kenia. De wilde dierenwereld omvat: olifanten, puntlipneushoorns, zebra’s, antilopen, buffels, leeuwen, panters, jachtluipaarden en hyena’s. De rijke vogelwereld bevat meer dan 1000 soorten. In de rivieren leeft het nijlpaard en de nijlkrokodil.

Mariannhill in Kenia


De Nederlandse Mariannhiller pater Theo Voorn werkte na zijn afgeronde studies in Würzburg en zijn priesterwijding als pastor in Wesel, Duitsland. Daarna vertrok hij naar Mariannhill in Spanje waar hij een aantal decennia werkzaam was. Een nieuw perspectief bood zich aan als directeur bij Mariannhill in Umtata, Zuid Afrika. De geboortestreek van Nelson Mandela. Zijn gezondheid liet het regelmatig afweten. Daarom vertrok hij voor een jaar naar Rome, daar ontdekte men de echte kwaal, zodat hieraan gewerkt kon worden.

In Kenia was wel een Mariannhiller broedergemeenschap maar geen priester. Pater Theo Voorn voelde zich fit genoeg om bij Mariannhill in Kenia zijn priestertaak te vervullen. Hij begon op 4 april 2002 tot heden (2012). Tijdens zijn recentelijk verlof juni 2012, in Nederland beschreef hij in het kort onderstaand de geschiedenis van Mariannhill in Kenia.
Ervaringen bij Mariannhill in Zuid Afrika in de provincie Mthatha hadden geleerd hoe broeders op te leiden die nodig zijn voor het missiewerk. Zeker toen de werkplaatsen werden verkocht en er bijna geen broeders meer waren. Dat het roer om moest wist men, maar hoe nu broeders op te leiden in de nieuwe gerichte discipline die maatschappelijk aansloten om mensen direct te helpen zowel sociaal als pastoraal?

De provinciale Raad ging te rade bij andere congregaties, hoe die op vragen op te lossen. Zij hadden dezelfde problemen ervaren. Gezamenlijk besloot men voortaan samen te werken om een hogeschool op te richten in Nairobi, Kenia om zowel broeders als zusters op te leiden. Een hoger niveau van opleiding verschafte meer mogelijkheden in de moderne lijn van hulpverlening in de breedste zin.
In 1999 werden daarom pater Robert Deshayes en broeder Yvon Bourret naar Nairobi gezonden voor informatie over wat en hoe er werd gedoceerd. De zusters van het Kostbaar Bloed hadden daar een huis alwaar ze hartelijk ontvangen en ingelicht werden. De zusters hadden in Nairobi zelf ook enige zusters in opleiding.
De opleidingen vonden plaats in een fonkelnieuw gebouw, Tangaza genoemd. Er zijn opleidingen voor; theologie, spiritualiteit, missiologie, maatschappelijk werker, project management, communicatie, medische opleiding en financiële administratie.

Voorzien van alle informatie keerde het tweetal huiswaarts. Spoedig werd het besluit genomen om een huis in Nairobi te kopen voor de eerste kandidaten die zich daar aanmelden. Broeder Yvon Bourret nam het initiatief, later bijgestaan door pater Macarius Hausler. In zuid Afrika hadden we al enige mannen uit Kenia en Tanzania. Een startbezetting was dus snel gemaakt. Het eerste huis werd gekocht op naam van de Zusters van het Kostbaar Bloed, omdat je als ‘vreemde’ congregatie niet zomaar een stuk land en/of huis kan kopen. Het was een oude ruime koloniale woning en lag op een kwartier lopen van het college Tangaza. Een ander huis in aanbouw stond er vlakbij en werd ook gekocht. Pater Macarius begon meteen met de ombouw van het eerste en de afbouw van het tweede huis. Broeder Yvon begon meteen met werven van kandidaten.

In 2000 begon men met 8 postulanten. Zes volgden een opleiding op Tangaza en twee gingen filosofie studeren bij de ‘Apostelen van Jezus’. Een jaar later kregen we ook 4 studenten uit Zimbabwe die theologie studeerden en een uit Malawi die financiële administratie studeerde. Inmiddels gingen de eersten voor hun noviciaat naar Mariannhill in Zuid Afrika.

In 2000 werd Pater Macarius terugroepen naar Zambia. Pater Theo Voorn vertoefde op dat moment in Rome vroeg en verkreeg in 2002 zijn benoeming om daar als priester in de communiteit te gaan werken en broeder Yvon te assisteren.
De communiteit bestond inmiddels uit 16 personen. Het huis was geheel bezet zodat broeder Yvon geen nieuwe kandidaten behoefde te werven, want ze kwamen zich spontaan aanmelden. De druk om toch meer mensen aan te nemen vergrootte zodanig dat men besloot om een groter huis aan te vragen in Rome. Door vertraging van Rome besloot men voorlopig een huis te huren in 2003. Hier werden de postulanten ondergebracht en werd het ‘Witte huis’ genoemd omdat het wit geschilderd was.

Een van de hoogtepunten was de priesterwijding van pater Kaiza van Tanzania. Hij was indertijd ingetreden in Zuid Afrika bij de provincie Mtattha.

De bisschop van Nairobi had een vestigingsvergunning afgegeven met o. a. de voorwaarde dat we ergens in het bisdom een plaats zouden overnemen op opbouwen. Er werd gekozen voor Jula Farm, om daar een parochie te stichten met de naam St. Jacobus. St. James. Vlak na zijn wijding kreeg pater Robert Kaiza de opdracht dit besluit uit te voeren.
In het eerste huis kregen de studenten wat meer ruimte o.l.v. pater Theo Voorn, die als plaatsvervangend overste fungeerde met vroeg in de morgen de H. Mis en ’s avonds in het ander (Witte Huis).

Door het groeiend aantal bewoners kwam de watervoorziening in de knel en werd er besloten zelfvoorzienend te worden. Met geluk boorden we op 280 meter diepte uitstekend drinkwater aan. Zelfs enkele buren kunnen we hiermee voorzien.
In 2005 kwam de toestemming en de financiën uit Rome zodat we een stuk grond met een oud huis en allerlei opstallen konden kopen. Ook hier draaide de cementmolen en er werd volop getimmerd en geschilderd voor betere huisvesting.
Het Witte Huis werd verkocht en men betrok het nieuwe. De kapel bleek allengs te klein en werd er dus een nieuwe aangebouwd. In Kenia hebben de huizen namen, daardoor een nieuwe naam. Na enige discussie onderling werd het: ‘Christ the Prophet Community’.

Pater Robert Deshayes vanuit Mthatha benoemd tot eerste overste van het 1ste huis. (Koloniaal verbouwd huis) en kreeg een naam: ‘Nivard House’. Rome gaf opdracht geen noviciaatskandidaten naar Mariannhill te sturen voordat zij minstens drie jaren bij ons waren geweest. Dat bracht een omschakeling in het studieprogram teweeg. Tegelijkertijd werden de kandidaten ingedeeld in twee groepen: De CMMérs in het ‘Nivard House’ en de nog niet CMMérs in C.P.C. Eveneens zijn daar de broeders gevestigd die een taak of project hebben waarvoor ze verantwoordelijk zijn.

In 2010 werden wij een zelfstandige regio in Oost Afrika onder het generaal bestuur in de persoon van pater Peter Grand. Nadien kozen we een van ons, dat werd pater Robert Kaiza. Zelf bleef hij bezig met de opbouw in Jula, dat thans bijna gereed is in de vorm van een gemeenschapshuis, kerk en pastorie.

In de loop van tien jaren zijn er vijf priesters gewijd, die her en der werkzaam zijn. Pater Robert Abulala is nu overste van het ‘Nivard House’. Pater Daniel Moris is perfect van de kandidaten in het C.P.C. Hier werken ook 4 broeders die in verschillende projecten werken welke tevens de communiteit van voedsel voorziet.
Thans 2012, zijn er 12 studenten in het ‘Nivard House’ en 28 in C.P.C.
Broeder Yvon, die vanaf het begin erbij was is overste en manager van het C.P.C. Hij ziet er naar uit dat iemand zijn taak kan overnemen, zoals wij allemaal wachten op de dag dat alles gerund kan worden door eigen mensen in oost Afrika. Laten we er voor bidden.
Pater Theo Voorn, CMM (juni 2012).